Flora – trui met briochesteek
Flora is een naadloze trui, gebreid van boven naar beneden, met zadelschouder en een bloemetjes patroon over de schouder en mouw. Het patroon is vol variatie en is een inspirerend breiwerk voor de ervaren breister maar is ook een leuke en leerzaam breiwerk voor diegene die verder wil in het breien en de brioche-techniek wil leren.
Flora – trui met briochesteek
Flora is een naadloze trui, gebreid van boven naar beneden, met zadelschouder en een bloemetjes patroon over de schouder en mouw. Het patroon is vol variatie en is een inspirerend breiwerk voor de ervaren breister maar is ook een leuke en leerzaam breiwerk voor diegene die verder wil in het breien en de brioche-techniek wil leren.
Designer: Anna Strandberg
Foto: Daniel Bernstål
Vertalen: Marja van Halteren
Versie: 5
Productnummer: 92658
Patroon informatie
Gebruikt garen: Järbo 2 tr ull (100 % wol. Ca 100 g = 300 m)
Garencategorie: Sport
Verbruikt: Hkl: Ca 200 (200) 300 (300) 300 (300) 300 (300) 400 g (kl 74149, Tree Hugger)
Ckl: Ca 200 (200) 300 (300) 300 (300) 300 (300) 300 g (kl 74103, Nostalgia)
Alternatieve garen keuzes:
Alpacka Solo (100 % alpaca. Ca 50 g = 167 m)
Elise (60 % katoen, 40 % acryl. Ca 50 g = 168 m)
Junior (70 % acryl, 30 % polyamide. Ca 50 g = 168 m)
Ístex Kambgarn (100% merino. Ca 50 g = 150 m)
Stekenverhouding: Ca 18 st x 51 t in briochestop nld 4 mm = 10 x 10 cm
Maten-dames: XS (S) M (L) XL (2XL) 3XL (4XL) 5XL
Maten - borstomtrek: Ca 73 (84) 94 (102) 112 (122) 132 (142) 152 cm
Borstomtrek trui: Ca 93 (104) 114 (122) 131 (142) 152 (162) 172 cm
Lengte trui: Ca 40 (42) 46 (47) 49 (52) 55 (56) 58 cm
Mouwlengte trui: Ca 42 (43) 43 (44,5) 44,5 (45,5) 45,5 (47) 47 cm
Naalden: Rondbreinaald 4 mm, 80cm, Halsrand: 3, 3 ½ of 4 afhankelijk van de maat, 40-60 cm afhankelijk van de maat (of 100 cm voor magic loop).
Sokkenbreinaalden 3,5 mm
Extra’s: Markers, stekenhouders
Moeilijkheidsgraad: ***
Afw: afwisselend (elke tweede toer), afh: afhalen, afk: afkanten, AK: Averechtse kant, ai: achter insteken, in de achterste lus insteken, av.: averecht, Dstk: Dubbele stokje, gedr.: achter insteken, gedraaid breien, GK: goede kant, herh: herhalen, HK: hoofdkleur, Hstk: Halve stokje, HV:Halve vaste, Ksteek: kantsteek, kl.: kleur, kab: kabel, k.n.: kabelnaald, L: losse, LLM: naar links leunende meerdering: steek linker naald van voor naar achter onder horizontale draad tussen de steken. Brei door de achterste lus een rechte steek, LLM2: Naar links leunende meerdering 2 steken: steek linker naald van voor naar achter onder horizontale draad tussen de steken. Brei door de achterste lus een rechte steek, haal deze niet af, brei in de achterkant van dezelfde steek nogmaals, haal af, 2 steken gemeerderd, LLAV: Naar links leunende averechte meerdering: steek linker naald van voor naar achter onder horizontale draad tussen de steken. Brei door de achterste lus een averechte steek. m: markeerder, m.overh.: markeerder verplaatsen van de linker naald naar de rechter naald, mind: minderen/mindering, M1: maak 1 = meerderen door verbindingslus op te halen, ribst: ribbelsteek, r: recht, RLM: naar rechts leunende meerdering: steek linker naald van achter naar voor onder horizontale draad tussen de steken. Brei met deze lus een rechte steek. RLM2: Naar rechts leunende meerdering: steek linker naald van achteren naar voren onder horizontale draad tussen de steken, haal deze niet af, brei in de achterkant van dezelfde steek nogmaals, haal af, 2 steken gemeerderd. RLAV: Naar rechts leunend, averechte meerdering: steek linker naald van achter naar voor onder horizontale draad tussen de steken. Brei met deze lus een averechte steek, overh.: overhalen, omsl: omslaan, PM: plaats markeerder, sam: samen, st: steek, steken, Stk: stokje, Stk-gr: stokje-groep t.: toer, VK: Verkeerde kant, 1overh. 1r.overh: haal 1 steek over, 1 steek recht breien en haal de overgehaalde steek over de gebreide steek. 3dbst: Driedubbele stokje, 5lstb: steekboog met 5 losse.
Lees eerst het hele patroon door om onduidelijkheden te vermijden.
Markeer de gekozen maat met een gekleurde pen zodat het makkelijker is het patroon te volgen.
Brei/haak altijd een proeflap: Wij raden aan om eerst een proeflap van 12 x 12 cm te breien/haken om de steekverhouding te kontrolleren. Kies evt. een dikkere of dunnere naald om de juiste steekverhouding te krijgen.
Telpatroon; Het is makkelijker het telpatroon te volgen als u een liniaal legt, langs de rij die u aan het breien bent.